Een gesprek met drie vitale dames

Riet (91), Bep (91) en Gezien (84) kennen elkaar al heel lang. Ze zijn allemaal in de jaren ‘ 50 in Rozendaal komen wonen. Riet woonde in Dordrecht en had daar al zeven jaar verkering. Het lukte door de woningnood niet om aan een huis te komen in die regio. Zo kwam ze met haar man in Rozendaal terecht waar op de Constantia Loudonlaan een huis te koop stond. Later verhuisde ze naar de Mariëndaal.

Bep woonde met haar man al een jaar in bij kennissen op zolder in de Bilt. Ze kon samen met haar man in 1956 een huis in de Mariëndaal kopen. Tien jaar later verhuisde het gezin naar de Hertog van Gelrestraat. De huizen in de Leermolensenk waren toen net gebouwd. Er was nog geen douche en geen wasmachine. Ze woonden tussen de graanvelden en de straten waren nog niet verhard

Riet: we kochten een huis met een ‘gouden’ dak, beide inkomens waren nodig

Gezien “moest trouwen” om samen met haar man een huis te kunnen huren aan de Rosendaalselaan in 1959. Het huis hebben ze in 1998 kunnen kopen. Daar wonen ze nu nog en dagelijks genieten ze van het fraaie uitzicht op de Koningsberg.

Terwijl Riet en Bep al snel contacten hadden met andere nieuwe bewoners die de huizen van de Leermolensenk betrokken, kwam Gezien in “oud” Rozendaal. De eerste jaren voelde ze zich best eenzaam. Er was weinig te doen in Rozendaal; er was geen actief verenigingsleven dat ze wel kende uit de kleine gemeenschap in Overijssel waar ze vandaan kwam. Gezien leerde wel al snel Bep kennen omdat zij werkte bij haar man bij de gezondheidsdienst.

Alle dames hebben in de jaren dat voor de kinderen werd gezorgd niet gewerkt en daarna buitenshuis gewerkt. Riet vertelt dat ze een huis gekocht hadden met “een gouden dak”. De woonlasten waren hoog! Elke aanvulling op het inkomen van hun echtgenoten was welkom.

De dames wonen allemaal al meer dan 60 jaar in Rozendaal. En met veel plezier. Ze hebben hier een gezin gesticht. Ze hebben meegemaakt dat Rozendaal zich uitbreidde. Vroeger kende iedereen elkaar, maar dat is nu niet meer zo. Ze hebben inmiddels ook veel kennissen op het kerkhof liggen, zoals ze het zelf uitdrukken.

Gezien: we ‘moesten’ trouwen om een huis te kunnen huren

De kerkgemeenschap is vanaf het begin een rode draad in hun levens. En dat is nog steeds zo. Ze nemen waar dat er weinig jonge mensen aansluiten. Dat is in Rozendaal niet anders dan elders. Maar voor hen is de kerkgemeenschap een hechte verbonden groep.

Het leven en wonen in Rozendaal bevalt goed: ze voelen zich veilig in Rozendaal.

In hun omgeving wonen inmiddels ook weer jonge gezinnen. Wat ze erg waarderen is dat ze “oplettende buren” hebben. Ze weten en ervaren dat ze daar terecht kunnen als het nodig is.

Ze vertellen over een bekende die verhuisde naar een appartement in Velp en Rozendaal nog steeds mist. Ze willen alle drie graag in Rozendaal blijven wonen.

Op de vraag wat ze doen om zo vitaal te blijven zijn ze duidelijk: in beweging blijven! Geen traplift, blijf de trap gebruiken. En blijf betrokken bij je omgeving. Door Corona moest Bep haar activiteit met de bewoners van de Biesdel stoppen. Gezien gaat één keer in de week weer rond met koffie en één keer in de maand doet ze kleine naaiklusjes voor de bewoners van de Biesdel. Daarnaast verzorgt ze de bloemen in de Serre. Riet heeft altijd veel mantelzorg gedaan.

Bep: voor en na onze kindertijd werkte ik als klinisch analiste

Corona had veel impact. Er was minder afleiding en er waren minder activiteiten maar zeggen ze “dat is voor ons minder erg dan voor de jongeren”. Gelukkig zijn de dames digitaal ook bij de tijd; ze mailen en appen. Dat helpt om verbonden te blijven.

Het moge duidelijk zijn dat de dames met veel plezier wonen in Rozendaal. Maar er zijn ook ergernissen die voor verbetering vatbaar zijn. De dames hebben er geen begrip voor dat in de gewaardeerde poging om de afvalstroom te verminderen een tijdelijke container voor incontinentiemateriaal (met een te zware deksel!) is geplaatst op de Rosendaalselaan. Ze vinden dat voor zowel ouderen als voor gezinnen met jonge kinderen geen goede zaak. Als je iets verandert zorg er dan meteen voor dat het goed is. Wekelijks oud papier inzamelen op een plek in het dorp is prima, maar van incontinentiemateriaal wil je zo snel mogelijk en dicht bij huis af.

Een andere ergernis zijn op ”vuilnisophaaldagen” de containers die schots en scheef op de trottoirs staan en hen dwingen uit te wijken naar de straat. Ook de slechte staat van de trottoirs maakt een wandelingetje in de buurt niet gemakkelijker.

De aandacht voor biodiversiteit wordt zeer gewaardeerd; de wilde bloemen zien ze graag. Het voordeel van deze wilde bloemen in de bermen is dat ze laag blijven. Dat geldt niet voor de begroeiing langs de beek, waar de hoge opslag niet netjes wordt gemaaid wat het uitzicht belemmert.

En ze zien graag dat dode bomen vervangen worden door nieuwe aanplant; laat dat nu een pleidooi zijn dat het PAK ook herhaaldelijk verwoordt. Maar het ligt ook aan de veerkracht en positieve mentaliteit van deze dames.